Kippenragout met een krokant dakje van bladerdeeg

1. Begin met fijnsnijden van het uitje.
2. Schep vervolgens de boter in een pannetje en laat deze smelten.
3. Fruit het uitje aan en zodra deze glazig is, voeg je de bloem toe.
4. Roer dit even goed door en laat dit 3/4 minuten op een zacht vuurtje garen.
5. Kook ondertussen 500 ml water in een waterkoker.
6. Als de bloem ”˜gaar’ is, voeg je het bouillonblokje en het hete water toe.
7. Laat dit ongeveer 10 minuten pruttelen.
8. Verwarm vervolgens je oven voor op 200 graden en snijd de verse peterselie fijn.
9. Voeg na 10 minuten de room toe, roer dit door en laat het een beetje koken.
10. Als de ragout nog erg dun is kan je wat bindmiddel toevoegen. Ongeveer 2/3 eetlepels bindmiddel toegevoegd voor de goede dikte.
11. Voeg ondertussen ook de kipreepjes en de verse peterselie toe. Tip: in plaats van gerookte kipreepjes kun je ook een kipfilet kopen totdat deze gaar is, en deze in kleine stukjes snijden.
12. Als de ragout de goede dikte hebt, kan je deze eventueel nog verder op smaak brengen met wat zout/peper een snufje chilipoeder/knoflookpoeder en ga zo maar door.
13. Schep de ragout in 4 kleine bakjes.
14. Leg vervolgens de resterende bladerdeegvelletjes over de bakjes heen en besmeer deze eventueel nog met een beetje ei zodat ze mooi bruin worden in de oven.

TIP! In plaats van bakjes kun je ook 4 velletjes bladerdeeg in de oven leggen en deze vervolgens met de ragout serveren.
Zet de ragoutbakje voor ongeveer 12-14 minuten in de oven totdat ze een mooie bruine kleur hebben gekregen.